Ik schrik van de sirene die over de daken van de huizen blaast, ons uitzicht van dat leuke hotelletje aan zee. De zee is dichtbij maar helaas niet te zien. Wel zien we de balkons van de flat rechts van ons en de daken van de huizen die ons scheiden van de zee. Als de sirene ophoudt horen we een metalen stem die staccato zijn teksten over de daken gooit.

Oostende! Hoe kon het zover komen? Sweet memories. Eens, in mijn wilde tijd was ik in Oostende. Engelse vriendinnen van mij waren daar en belden op of ik wilde komen. Dat hoefden ze geen twee keer te zeggen. Ik nam vrij en andere ochtend zat ik in de trein vanuit Rotterdam, richting Belgische kust. De vriendinnen zaten daar in een hotel, voor mijzelf was dat niet nodig. We gingen toch uit en van slapen zou niet veel terecht komen. Slapen dat was voor de dommen en kon dat ook niet prima op het strand? Een verhaal uit de oude doos en wat ik me ervan herinner is het vele dansen in de discotheken in Oostende. Wat ik maar wil zeggen: Oostende had een nogal positieve klank in mijn herinnering en ik had altijd wel een hang om een keer terug te gaan. Dat werd versterkt door de vele beeldenexposities die er de laatste jaren worden gehouden in Oostende en de rest van de Belgische kust en die ik om allerlei redenen steeds had gemist.

Dus toen F. voorstelde om een paar dagen naar de kust te gaan, was de beslissing snel genomen. Over de boulevard lopen, krantje lezen, koffie drinken, lekker eten, naar de zee kijken en van al die beelden genieten die na de exposities waren blijven staan. Ik kwam al heel snel in een roze wolk, het ging dan eindelijk gebeuren! De verwachtingen waren zogezegd nogal hoog gespannen.

De deceptie komt al op onze eerste dag. 'Wat is het hier lelijk', roept F. En inderdaad ik heb zelden zo veel lelijkheid bij elkaar gezien. Zelfs de mensen vind ik lelijk. Het is mooi weer, drommen dagjesmensen komen naar het strand. De weinige grandeur die er nog is, is vervallen en al heel lang niet onderhouden, de Japanse tuin is verwilderd, de straten zijn kapot, maar wat ons het meeste verbaast zijn de lelijke vervallen flatgebouwen langs de kust. In rijen dik staan ze niet alleen naast elkaar, ook achter elkaar. Hele rijen en langs de hele kust he, van de Nederlandse tot aan de Franse grens. Wij hebben het zelf gecontroleerd, met het trammetje, dat van grens naar grens loopt, vanaf Nederland naar Frankrijk, dat wel weer ontzettend lollig is, behalve dan het uitzicht.

'Het lijkt wel of we in een kamp zitten' zegt F. na de zoveelste sirene met omroepberichten. 'En als we het nu nog konden verstaan, dan weten we tenminste waar het over gaat'. Is het Frans, Nederlands? En het gaat maar door. Ook 's-nachts horen we de sirene en de stem over de daken galmen, recht onze hotelkamer in.

Tussen de sirene-aanvallen gaan we naar het strand, dat is prachtig. Het museum van Paul Delvaux in Koksijde is een aanrader. De mensen die 's-avonds in het park de tango dansen, heel leuk, vooral omdat ze het zelf hebben georganiseerd met geluid uit een simpel geluidsboxje. Op een afstand zie je de paren ritmisch synchroom bewegen, een mooi beeld. Daarentegen moet ik je sterk afraden naar het museum voor moderne kunst in Oostende te gaan. F. had het al snel bekeken, hij werd niet geinspireerd en ging op zoek naar het restaurant. Het was inderdaad niet inspirerend, het waren niet de beste werken die er hingen en het museum was zeer onoverzichtelijk. In een van de zalen kom ik F. weer tegen. 'Er is helemaal geen restaurant hier, maar beneden is een koffieautomaat'. Als ik klaar ben met kijken zie ik F. beneden lijdzaam wachten, zonder koffie. het apparaat is kapot.

Dan maar op zoek naar de beelden in de duinen. Helaas, niet te vinden of weggehaald voor renovatie. Paardenrennen? he dat is leuk, nooit eerder live gezien. Echter, de paardenrennen spelen zich af op maandag, als we al weg zijn. Ik krijg mijn oude Oostende-gevoel maar niet terug. 

Het is de laatste dag, we gaan naar huis en we kopen nog even wat beleg voor de broodjes die we hebben gekocht. De dames die ons helpen in de winkel hebben zin in een praatje en vragen waar we logeren. 'Dat is duur' roepen ze in koor. 'Hierboven hebben we een ruimte leeg staan, kom de volgende keer nou gewoon boven de winkel slapen, is veel goedkoper'. 'Nou maakt u zich maar geen zorgen, dames. Wij komen hier nooit meer terug, alles is niet alleen vreselijk duur, het is ook nog eens heel erg lelijk', zegt F. Ik sta met gespannen billen de conversatie aan te horen. De dames kijken elkaar aan: 'jullie hotel is duur, maar voor de rest is het helemaal niet duur hier'. Inmiddels snijdt de kleinste dame 2 plakken ham en 2 plakken kaas en geeft ze mij. 'Dat is dan 6,80 euro'. Gelukkig houdt F. zijn mond. En dan naar huis.

Oh, en die sirene? Die kwam van de plaatselijke brandweer achter ons hotel. Elke binnenkomende melding wordt direct doorgegeven aan ambulance en politie, via de omroepinstallatie. Nee, met Oostende komt het niet meer goed.