
Bali
Ik had ineens helemaal geen zin meer in Bali. Gedoe op het vliegveld van Adelaide waarvan ik vertrok, niet slapen, bloedheet bij aankomst en ik miste mijn vrienden waarmee ik bijna drie weken was opgetrokken. Wat doe ik in Bali? Waarom niet gewoon overgestapt en doorgegaan naar Breda? Er zit daar een man al weken op mij te wachten. Het huis is helemaal gekuist, er is gewassen, gerepareerd en ik hoef alleen nog maar door te geven wat ik wil eten als ik thuiskom, zelfs de melk staat al klaar in de koelkast voor mijn cappuccino.
Ik ga op zoek naar mijn chauffeur die ergens op mij wacht. Circle K, schrijft hij mij. Ik zie heel veel chauffeurs met borden met namen, op karton, op iPads, mannen netjes gekleed, iets minder netjes gekleed. Mijn naam zie ik er niet tussen staan. Ik probeer de man een bericht te sturen, geen verbinding. Maar ik had nog niet eerder met een Balinees te maken gehad met zijn neiging tot helpen, maar daar is ie dan, een man wiens hotspot ik mag gebruiken. Zover komt het niet want ineens zie ik Circle K en mijn chauffeur met het bord met mijn naam erop komt naar mij toe. Dan gaat het snel, de koffer in de kofferbak en ik in de gekoelde auto. Wow lekker zeg!
We rijden uren naar de plaats waar ik moet zijn, het fileleed is heel groot in Bali. Mijn chauffeur is een ware kunstenaar in het verkeer en soms is het millimeterwerk. De brommertjes vliegen als gekken langs en voor ons heen. Niemand maakt zich druk of zoekt ruzie. Mijn chauffeur heet Dejon en doet vanaf de eerste minuut aan klantenbinding. Eerst maakt hij een foto van ons in de auto. ‘Hoezo’, vraag ik hem. Voor mijn baas, dan weet hij dat ik iemand heb opgehaald. Ik krijg de andere dag de foto opgestuurd. Ondanks mijn vermoeidheid is het toch een verrekte leuke foto geworden.
Onderweg komen we nog wat apen tegen en eenmaal in mijn hotel, wat niet echt een hotel is, maar een verzameling huisjes/appartementen rondom een zwembad met een prachtige tuin, ga ik snel naar het zwembad. Maar hoe kom ik daar in? Ik zie geen trappetje, nou ja eind van het verhaal, ik kieper er gewoon in omdat ik mijn evenwicht verlies. Eenmaal op mijn bedje onder de parasol, komt er een aap in een sneltreinvaart naar het offerbakje, die je overal ziet. Daarin zitten wat bloemen en soms wat eten. De aap gooit alle bloemen in één ruk uit het bakje en eet op wat er verder inzit. Maar dan gebeurt het. Ineens verschijnt er een man met een groot geweer in de aanslag. ’Apen schieten’ zegt hij. De aap is natuurlijk al lang verdwenen. De man speurt de bomen af, hij zal hem krijgen. De andere ochtend hoor ik gedempte knallen van de luchtbuks, want dat is het dus. De man op zoek naar de aap.
De klantenbinding van Dejon werkt prima, ik krijg veel berichtjes van hem. Hij kan mij van alles laten zien. Als ik uitgerust ben, zegt hij er achteraan. En dit werkt, want de andere dag zit ik al weer bij hem in de auto, en het is leuk. Het is een vrolijke man die heel veel lacht en in gebroken Engels mij de les leest omdat ik een flesje cola meenemen in de auto. Niet goed voor astma, zegt hij. Ik had dat hem verteld omdat ik nogal benauwd de auto instapte vanwege de warmte. Kruiden moet ik hebben, en daar gaat hij persoonlijk voor zorgen, dus belanden we in een tuin waar ze kruidenthee verkopen. Onderweg koopt hij een flesje gewoon water voor mij. Ik zie heel veel mooie dingen, tempels, beelden, versieringen, offerbakjes groot en klein, een coöperatie voor kunstenaars, een grote galerie, beeldhouwwerk. We rijden door de rijstvelden en hij zet me af bij een restaurant voor een goede lunch. Dan terug, want ik wil niet een hele dag. Maar morgen zie ik hem weer. Om 10 uur in de Mainstreet. Ik kan niet wachten!