Daar staan ze, een hele kudde, het is nacht, ik doe geen oog dicht en ik hou me bezig met zebra’s. Zebra’s? Ja zebra’s. Ik zou moeten slapen maar die zebra’s laten me niet met rust.

In deze tijd van veel thuis zijn, pak ik mijn huis aan. Er is genoeg blijven liggen de afgelopen jaren. Zo ook de tafeltjes die ik van mijn buurman heb en mij al bijna een half jaar verwijtend aankijken, twee tafeltjes die onder elkaar geschoven kunnen worden. Vreselijk handig maar eerlijk gezegd niet mooi. Dus de kwast erover. En dan begint de twijfel. Zal ik ze zwart of zilver schilderen? Ik kan er ook kleine schilderijtjes van maken, met afbeeldingen en veel versieringen. Of kijken wat voor verf er nog in de kast staat en gewoon beginnen met alle restjes. Ik denk er dagen over na, steeds komen die tafeltjes voorbijschieten in de verschillende uitvoeringen bij alles waar ik ondertussen mee bezig ben. En ineens komt de zebra mijn blikveld binnen, Ik kan de tafeltjes ook gestreept verven. Dit plan blijft hangen, dit kan hem zo maar worden, de zebra nestelt zich als het ware in mijn hoofd.

’s-Avonds in bed lukt het maar niet om in slaap te komen, ik moet alsmaar aan die tafeltjes denken waarbij de zebra-variant de overhand krijgt en de zebra’s mijn gedachten overnemen. Ik ben helemaal niet meer met die tafeltjes bezig maar met de zebra an sich. Hoeveel strepen heeft een zebra eigenlijk? En lopen die strepen door van de poten zomaar naar het lijf en blijven die strepen dan even breed? Heb je ook afwijkende zebra’s? Zogenaamde outcasts? En worden niet- aangepaste zebra’s dan verstoten door de andere zebra’s? Hoe kunnen die zebra’s elkaar eigenlijk onderscheiden als al die strepen hetzelfde zijn? Je kunt het zo gek niet bedenken of het komt in vele variaties voorbij. Ik spreek mezelf toe, ik kan alles tenslotte gewoon op wikipedia vinden. Maar het is hardnekkig en ik ben er de hele nacht mee bezig.

Hoe dikwijls denk ik nu aan zebra’s of paarden in het algemeen? De laatste keer dat ik ermee te maken had is al weer een aantal jaren geleden. Ik was voor zes weken in Palestina, deed daar vrijwilligerswerk voor een NGO en op een goede (en vooral heel warme) dag, gingen we met een aantal mensen door de woestijn lopen. Over geitenpaadjes naar een klooster en dan door naar Jericho. Eenmaal aangekomen bij het klooster mochten de vrouwen het klooster niet in en we besloten verder te lopen, dan maar geen rustpauze. Onze gids beweerde dat hij de streek goed kende, en dat geloofde ik meteen, hij woont daar tenslotte al het grootste gedeelte van zijn leven. Maar op een gegeven moment was het pad toch ineens verloren, onze gids wist ook niet waar het gebleven was, de week ervoor was het er nog, zei hij. Wat ons restte was de heuvel af te strompelen (in mijn geval) in een bloedverzengende hitte. De woestijnheuvel lag bezaaid met grote en kleine stenen en eenmaal beneden kon ik niet meer bewegen. Ik zakte op een grote steen meer dood dan levend en niet in staat om nog de ene voet voor de andere te zetten. En daar was hij ineens, de man met zijn ezel en hij was van mij. Een soort oermens, groot, donker en gewoon op slippers. Geen idee wat hij daar deed, was hij onderweg of wist hij dat sullige buitenlanders altijd wel een ezel nodig hadden? Mij maakte het niet uit, Ik heb de man grof geld betaald om op de rug van de ezel die woestijn uit te komen. Terwijl ik nog stond te bedenken hoe op die rug van de ezel te komen op een enigszins elegante manier, pakte de man mij beet en in één armzwaai zat ik hoog en droog. Het leed was nog niet geleden want hoewel ik niet meer zelf hoefde te lopen was zitten ook geen pretje. Heb je weleens op de rug van een paard of ezel gezeten die een woestijnberg bezaaid met grote stenen afloopt? De diepte is peilloos en je zit op een soort stroeve glijbaan. Ik moet zeggen, de ezel deed het beter dan ik ooit gedaan zou hebben, maar dat is achteraf gesproken.

Eenmaal uit bed weet ik het zeker, ik ga schilderen. Ik moet van die verdomde zebra’s afkomen en daarvoor is maar één manier, de hard way. Ik pak de verf, kwasten, terpentine, ik leg de kranten onder mijn tafeltjes en ik begin. Ik verf de zebra’s resoluut uit mijn gedachten en zij verdwijnen langzaam naar de horizon.

En de tafeltjes? Mooi blauw met zwart.

(afbeelding Banksy)