'Verdomd zeg, is het schitterend weer, hebben wij weer'. Jean-Pierre, de kapper staat met een aantal kunstenaars te praten die net de passage zijn binnen komen lopen waar zijn kapsalon is. De kunstenaars hebben tafels, stoelen, verf, kwasten, klei meegenomen en iemand komt zelfs met een naaimachine aanlopen. Het is zaterdagochtend en wij staan voor zijn kapsalon waar mijn werken hangen tussen de spiegels en bij de wasbakken (de meest gestelde vragen: 'Wat stelt het voor?'. 'Wat betekenen die nummers onder de doeken?'. )

Ja, het is inderdaad heel mooi weer en het is te bezien of er vandaag veel mensen de moeite zullen nemen de passage binnen te lopen waar een stelletje ongeregelde kunstenaars staan te werken om hun werk te promoten. Af en toe komt er een bewoner langs die door de passage heen moet om naar huis te kunnen of die in de passage woont. Ook een aantal kennissen komen langs die vervolgens weer spoorlangs verdwijnen om van het mooie weer te genieten.

Wij hebben het vooral gezellig met elkaar, en vooral met Jean-Pierre. Te pas en te onpas komt hij zijn winkel uit, dikwijls met de schaar nog in zijn handen, om de boel een beetje op te vrolijken. De man heeft niets nodig om er een feestje van te maken.  Er is inmiddels muziek gekomen, een docente muziek die een aantal van haar leerlingen zo gek heeft gekregen met dit weer in een overdekte passage te laten spelen. Jean-Pierre gaat met wijn rond, de zangeres die zichzelf begeleidt op de gitaar klinkt geweldig in deze passage met bijbehorende akoestiek. De kunstenaars zijn inmiddels gestopt, de weinige winkeliers in deze passage zitten voor hun winkel, we genieten van het prive- miniconcert. Om 16 uur is het over, Jean-Pierre gaat sluiten, de kunstenaars, de muzikanten, iedereen gaat naar huis. Eindelijk in de zon.